Tijd voor een psycholoog: waarom verliest steeds een van de meest ervaren teams in de promotieklasse het hoofd? En hoe kan dat na een zeer goed begin van een wedstrijd?
Wij waren zaterdag aanvankelijk duidelijk de bovenliggende partij tegen het tweede team van Rivo. Met zeer geconcentreerd volleybal, strakke pass, goede variatie in de spelverdeling en een zeer lage foutenlast wisten we de Rijssenaren onze wil op te leggen. Het gevolg was een terechte 2-0 voorsprong.
In de derde set slopen er, waarschijnlijk door enige vermoeidheid, wat foutjes in ons spel. Bij Rivo werd de verdediging sterker en ging met name een buitenaanvaller (nr 42) steeds beter draaien. Het gevolg was een spannend puntenverloop, waarbij Rivo twee maal een gaatje sloeg dat vervolgens door ons werd gedicht. Op het moment dat we zouden moeten doordrukken, viel het dubbeltje aan de andere kant.
Na die verloren derde set was er niets aan de hand geweest als we gewoon ons eigen spelletje waren blijven spelen. Er sloop echter steeds meer irritatie in het spel, die we op de verkeerde manier af reageerden. De tegenstander ging daar slim mee om en fokte ons, zonder onsportief te worden, nog wat op. Een verzameling veertigers zou daarom moeten lachen, maar dat is ons niet gegeven – integendeel. De vierde set verloren we eerst de kop en toen het punt.
Dat kwamen we niet meer te boven, door eerst een serie passfouten te maken en ons te blijven opwinden over van alles en nog wat. Zo verloren we dus toch nog de pot die we zeer goed waren begonnen. En terecht, want Rivo bleef zijn eigen ding doen en profiteerde optimaal van onze onmacht.
De komende weken is het zaak steeds met z’n achten te trainen en spelen, lol maken en vooral die erin te houden – dan komen de punten vanzelf. We hebben het eerste deel van de wedstrijd aangetoond wel degelijk aardig te kunnen ballen; met die instelling gaan we nog wat verrassende puntjes bij elkaar sprokkelen!